Yvonne Jagtenberg studeerde af met schilderen aan de kunstacademie in Arnhem en legde zich daarna toe op het schrijven en illustreren van kinderboeken. Ze noemt haar deels getekende en deels geschilderde illustraties ‘platen’ en vergelijkt haar teksten met de aanpak van een beeldhouwer. Net zolang schrappen en schrapen tot de essentie verschijnt.

Met een groot inlevingsvermogen schetst ze karakters die zichzelf en elkaar in vaak alledaagse gebeurtenissen tegenkomen. De zeggingskracht op de vaak door emoties en instincten gedreven karakters zit ‘m vooral in de details. De blik in de ogen, de voorwerpen in het interieur of dingen die zich afspelen op de achtergrond. Met een hoop speelsheid en een flinke dosis humor vertelt ze verhalen waarbij grote thema’s niet worden geschuwd. En die heel herkenbaar zijn voor kinderen én volwassenen.

Het huis van Hopper is haar laatste boek. Twintig kunstenaars worden in twintig scènes geplaatst die zowel het huis waarin ze leefden als het werk wat ze maakten zichtbaar maakt. Hopper, Matisse, Morandi, Klee, Van Gogh, Munch, Hockney, Kahlo, Picasso, Rego, Modersohn-Becker, Salomon, Rothko, Calder, Basquiat, Dumas, Spero, Oppenheim, Malevich en Raveel.

Haar boeken zijn vertaald in meer dan 9 verschillende talen. Ze won verschillende prijzen waaronder Zilveren en Gouden Penselen en het Charlotte Köhlerstipendium. En staat op dit moment genomineerd voor de Boon voor kinder- en jeugdliteratuur, een best wel prestigieuze prijs voor de beste Nederlandstalige literatuur (genoemd naar Louis Paul Boon).